De Ware Kijk Op … Deel II

Het eerste Millenium, Historische Mythen van de Lage Landen

Het laatste werk is in 1999 12 jaar na zijn dood verschenen en wordt uitgegeven door de Stichting Albert Delahaye. De manuscripten van Albert Delahaye werden welwillend door zijn erven ter beschikking gesteld aan de Stichting Albert Delahaye.

Het laatste, meest uitgebreide en definitieve baanbrekend werk van Albert Delahaye. Albert Delahaye had herhaaldelijk voor zijn dood gepleit voor het publiceren van zijn manuscripten na zijn dood. De totale hoeveelheid manuscripten die ongepubliceerd bleef liggen was nog ongeveer 1000 pagina’s groot. Zelfs op zijn sterfbed was hij bezig met de teksten van de Bataven en de Germanen uit het “Notitia Dignitatum”. Na 1982 is hij zich volledig gaan toeleggen op meest oorspronkelijke bronnen. Dit werk is een duidelijk streven om terug te gaan naar de oorspronkelijke bron en niet zonder meer aan te nemen dat gevestigde historie definitief is.

Het boek behandelt de dwaalwegen van de historische naamkunde. Roma Locuta Causa Finita en het plaatsen van Germania op de juiste geografische locatie. De teksten over Frisia en Saxonia. De noormannen, de Dani van Normandië. Kritiek op het bronnenboek van Nijmegen. De abdij van St. Willibrord te Eperleques, de goederenlijst van het bisdom Trajectum. Als laatste hoofdstuk de stratigrafie van de Renus, de transgressies en wat de teksten ervan zeggen.Het eerste hoofdstuk is gewijd aan de naamkunde. Een van de moeilijkste onderdelen van de geschiedenis is de naamkunde. De naamkunde is niet los te zien van andere onderzoeksmethoden en moet gecombineerd worden om tot een waarschijnlijk juist resultaat te leiden. In de naamkunde komen ook veel doublures voor simpelweg om het feit dat namen getransplanteerd werden door mensen naar nieuwe gebieden. Een voorbeeld zien we in de vele namen die meegegaan zijn Amerika en Canada. Dat gebeurde vroeger ook. Dit hoofdstuk beschrijft een rijtje plaatsen uit de Rijn en toont aan waar zijn werkelijk thuishoren. Per stad wordt beschreven hoe de misvatting is ontstaan en waar deze eigenlijk thuishoort. Verder wordt het vraagstuk  “Renus” toegelicht. De naam van de rivier moet gezien worden als een algemene naam net als “Rivier”. Als klassieke schrijvers dus verhalen over “Renus” bedoelen zij niet de Rijn.